Bestuur en Middelen

Invoering Vennootschapsbelasting
De gemeente heeft belastingaangifte gedaan over het boekjaar 2016 en de aangifte over 2017 en 2018 zijn in concept gereed. Er is nog geen sprake van te betalen belasting. Op een aantal onderdelen loopt een (landelijke) discussie met de Belastingdienst, zoals bijvoorbeeld over de verkoop van reststoffen bij de afvalinzameling. De Belastingdienst heeft nog geen concrete uitspraken gedaan over de aangifte van de gemeente Dordrecht, maar wel al enkele schriftelijke vragen gesteld over een vijftal activiteiten. De vragen zijn door ons beantwoord, de uitkomst is op dit moment nog onzeker. Wij onderkennen onderstaande  aandachtspunten.

  1. Met betrekking tot garage-parkeren zien we wisselende resultaten, die per saldo (nog) niet leiden tot structurele overschotten. Omdat de lasten en baten jaarlijks dicht bij elkaar zitten is het mogelijk dat hier in de toekomst sprake zal zijn van een (beperkte) belastingaanslag.
  2. Landelijk is veel gesproken over de opbrengsten uit verkopen van restafval, welke voor Dordrecht wordt uitgevoerd door de NV Netwerk/HVC. Wij zijn van mening dat wij niet belastingplichtig zijn, omdat ook sprake is van verliesgevende reststromen. Het is niet duidelijk of de Belastingdienst met dit standpunt meegaat. Een landelijke werkgroep heeft een akkoord bereikt met de Belastingdienst, waarbij op basis van een vaststellingsovereenkomst op een eenvoudige manier de belastingplicht kan worden vastgesteld over de verkoopopbrengst uit reststromen met een positieve opbrengst. Hierbij wordt dan 1% van de omzet als "winst" aangemerkt, waarover 25% belasting wordt afgedragen. Vooralsnog maken wij geen gebruik van deze mogelijkheid, aangezien wij ons op het standpunt stellen dat geen sprake is van "winst".   
  3. De grondexploitaties gezamenlijk zijn op dit moment nog steeds verliesgevend en gaan daardoor ook niet door de zogenaamde "ondernemerspoort". De verwachting is dat dit op termijn wel gebeurt.
  4. De Belastingdienst heeft verder vragen gesteld over verhuur en verkoop van vastgoed, inkomsten uit het bieden van plaats voor reclame-uitingen en het exploiteren van havens. Op deze onderdelen stellen wij ons op het standpunt dat er geen sprake is van belastingplicht, omdat of sprake is van zogenaamd "normaal vermogensbeheer" en/of sprake is van verliesgevende activiteiten.

In verband met het nader onderzoeken van bovengenoemde onderdelen is uitstel aangevraagd voor de aangifte 2017. Wij verwachten dat vragen en standpunten van de Belastingdienst op korte termijn duidelijker worden, waarna wij de gevolgen voor de aangifte kunnen uitwerken.

Veiligheidsregio ZHZ
Ontvlechting Vijfheerenlanden
De Veiligheidsregio ZHZ ontvangt een uittreedsom van € 4,8 miljoen vanwege de ontvlechting van Vijfheerenlanden (Leerdam en Zederik) naar de Veiligheidsregio Utrecht. Deze uittreedsom is na arbitrage lager vastgesteld. Om de financiële effecten van de uittrede Vijfheerenlanden op te vangen staat de Veiligheidsregio ZHZ voor een opgave om de komende 5 jaar toe te groeien naar een structureel lager kostenniveau van € 1,5 miljoen per jaar. Het niet realiseren van deze bezuinigingsopgave maakt dat de toekomstige deelnemersbijdrage hoger kan uitvallen.

Kosten Functioneel Leeftijdsontslag Brandweerpersoneel
Door de Veiligheidsregio ZHZ worden de kosten van functioneel leeftijdsontslag (FLO) afgerekend met Dordrecht, omdat deze gerelateerd zijn aan beroeps brandweerpersoneel. Vanwege een nieuwe cao afspraken en overgangsrecht op oude FLO-afspraken, kunnen deze kosten in de toekomst hoger uitvallen.

Na besluitvorming in het Algemeen Bestuur (27 juni 2019) over de Jaarrekening 2018 en de resultaatbestemming, kan lokaal de afweging gemaakt worden het uitgekeerde jaarresultaat (aandeel Dordrecht circa € 0,4 miljoen) te reserveren voor een eventuele hogere gemeentelijke bijdrage in de toekomst.

Afbouw aandeelhouderschap Eneco groep NV
Er is besloten om het verkooptraject te starten via een zogenaamde veilingverkoop (zie RIS-dossier 2315501). Het is onze verwachting dat de verkoop van Eneco eind 2020 zal worden voltooid. We ramen hiervoor nu geen opbrengst, omdat deze opbrengst louter speculatief zou zijn. Wel is er een afspraak met de onderneming gemaakt voor wat betreft het dividend over 2019. Dit betekent een eenmalig voordeel in de exploitatie van € 4,1 miljoen in 2020.

Provisie HVC
Eerder gaven wij aan dat als gevolg van de wens van aandeelhouders (gemeenten) om de garantierisico's terug te gaan brengen en daarmee HVC zelfstandig financierbaar te maken, het voorzienbaar is dat de daaraan gekoppelde jaarlijkse provisie die gemeenten ontvangen ook zal afnemen. De schuld is in 2018 echter toegenomen, mede omdat HVC ook in warmtenetten investeert.

ROM-D
Wij brengen onder de aandacht dat afhankelijk van nadere bestuurlijke keuzes over nieuwe projecten van ROM-D de financiering ervan een aandachtspunt zal moeten zijn, omdat de mogelijkheden van ROM-D zelf (inclusief Capital) te beperkt zijn om grootschalige projecten op te pakken.

Vooralsnog liggen er geen claims of (in de regio) bestuurlijk reeds bekrachtigde plannen met een financieringsparagraaf. De realisatie van Kil III is op dit moment geen zorgpunt.

Dienstverlening Drechtsteden
De complexiteit van het werk bij Dienstverlening Drechtsteden (DD) neemt sterk toe. Eenvoudige en routinematige werkzaamheden raken geautomatiseerd, informatie wordt steeds beter ontsloten via de website, inwoners en bedrijven stellen steeds hogere eisen aan de dienstverlening en de klantvragen zijn steeds complexer van aard en vragen meer deskundigheid en tijd. Ook worden burgers inventiever in het plegen van adres- en identiteitsfraude en privacy en informatieveiligheid spelen een steeds grotere rol in de bedrijfsvoering. Al deze ontwikkelingen stellen hogere eisen aan de kwalificaties van medewerkers. De komende jaren investeren we daarom extra in training en opleiding. Daarnaast leidt dit tot een opwaardering van de functies en daarmee naar waarschijnlijkheid tot een hogere looninschaling. De financiële consequenties zijn uiterlijk begin 2020 bekend. De afgelopen jaren zetten we in op het digitaliseren van onze dienstverlening. Deze ontwikkeling kenmerkt zich door de nodige vertraging en onzekerheid. De onzekerheid geldt met name voor de mate van efficiency door automatisering, die is verondersteld bij de vorming van DD. Ook de kosten die gepaard gaan met de digitalisering vormen een onzekerheid. Dat geldt vooral voor de investering op de eDiensten van leverancier Centric. De gepresenteerde kosten zijn vooralsnog zeer hoog. Deze kosten zijn niet te financieren met het huidige reguliere ICT-budget en vragen mogelijk aanvullende financiering.

Doorontwikkelen regionale samenwerking
In februari 2018 is het onderzoeksrapport 'Verstandig Versterken' verschenen naar aanleiding van de door Bureau Berenschot onderzochte regionale samenwerking van Dordrecht op schaal van Zuid-Holland Zuid en specifiek de Drechtsteden. De algehele conclusie was dat, naast zaken die goed gaan, het regionaal arrangement rondom Dordrecht onvoldoende in balans is om tot optimale realisatie van publieke waarde te komen en dat het ontwikkelen van meer slagkracht nodig is om de sociaaleconomische positie van onze inwoners te verbeteren. Aanbevolen werd de om regionale samenwerking, met name op het ruimtelijk-economische vlak, te intensiveren of als daar geen draagvlak voor is te gaan voor het terugbrengen van deze taken onder lokale regie met samenwerking in wisselende coalities. Met die aanbevelingen zijn we aan de slag gegaan.

Enerzijds door op de schaal van Zuid Zuid-Holland te werken aan de strategische positionering van de centrumstad. Dordrecht pakt hierbij regie door bijeenkomsten te organiseren om te komen tot een platform voor spelers in Zuid Zuid-Holland. Bijeenkomsten waarin gemeenten, instellingen en bedrijven elkaar makkelijk vinden binnen een informeel, actiegericht netwerk. Dit zodat we agenda's kunnen delen en afstemmen en we kunnen bekijken in welke wisselende coalities we gezamenlijk kunnen optrekken om de maatschappelijke opgaven van onze regio verder brengen. Anderzijds is de voorbereidingscommissie Toekomst regionale samenwerking Drechtstedengemeenten (commissie Deetman) aan de slag gegaan met daarin een vertegenwoordiging van burgemeesters en wethouders van de 7 Drechtsteden gemeenten. De focus lag daarbij op het ruimtelijk-economisch domein op Drechtsteden schaal. De in maart 2018 opgeleverde Eindnotitie Toekomst regionale samenwerking adviseert meer slagkracht en integrale sturing te realiseren door ruimtelijk-economische zaken (meervoudig) lokaal op te pakken via netwerksturing. Voor een verdergaande overdracht en investeringsmiddelen van bevoegdheden aan de GR-D bestaat in de regio geen breed draagvlak. Dit betekent dat we kiezen om meer zelf te doen in flexibele netwerksamenwerking met anderen en dat we zelf blijven beschikken over onze investeringsmiddelen. De komende maanden volgt besluitvorming en uitwerking, waarbij in eerste instantie de lokale raden aan zet zijn inzake de gewenste samenwerking. Daarna volgt een proces richting andere publieke en private belanghebbenden, zoals de Gemeenschappelijke regeling Drechtsteden, de regelingen op Zuid-Holland Zuid schaal en de Economic Board Drechtsteden et cetera. Ten behoeve van de (meervoudig) lokale zaken zullen bestuurlijke werkgroepen worden ingesteld. Elke werkgroep wordt ondersteund door één van de gemeentesecretarissen (op basis van voordracht door de zeven secretarissen in ONS-D). Deze verdere uitwerking kan inhoudelijke/beleidsmatige, organisatorische en financiële gevolgen voor ons als Dordrecht hebben, waarbij we ons realiseren dat de kosten voor de baat uitgaan. Dit alles teneinde op de ruimtelijk economische agenda slagkracht te realiseren. Daarvoor kan het nodig zijn om te komen tot herallocatie van bestaande middelen of vrijspelen van nieuwe middelen. Een en ander zal in 2019 beslag krijgen.

Algemene Verordening Gegevensbescherming
Op 25 mei 2018 is de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) in werking getreden. Vooraf was al bekend dat de implementatie van deze verordening veel werk met zich mee zou brengen. Omdat onduidelijk was hoeveel werk precies in welk tijdsbestek uitgevoerd zou moeten worden, is destijds vooralsnog de Stadsjurist aangesteld als privacy-coördinator.

Na de inwerkingtreding van de wet is de implementatie in hoofdzaak in regionale samenwerking opgepakt. Dat wil zeggen dat er een overleg is opgestart van de privacy-coördinatoren waar ook de functionarissen voor de gegevensbescherming (FG's) regelmatig zijn vertegenwoordigd. Vanuit de GRD is een externe projectleider ingehuurd om de implementatie van de AVG regiobreed te begeleiden. In samenwerking tussen die externe projectleider en het Overleg Privacy-coördinatoren wordt nu gewerkt aan 2 zaken:

  1. Een betere afstemming van de taken tussen de FG's, de privacy-adviseurs van het bureau FG, de juridisch adviseurs van het JKC en de Privacy-coördinatoren.
  2. Het opstellen van een Plan van Aanpak voor de verdere implementatie.

Het afgelopen jaar is er veel gedaan maar is tevens duidelijk geworden dat nog veel werk moet worden gedaan om volledig te voldoen aan de AVG. Het Plan van Aanpak moet, in combinatie met de verbeterde taakafbakening tussen de FG's, de privacy-adviseurs van het bureau FG, de juridisch adviseurs van het JKC en de Privacy-coördinatoren, een beter beeld opleveren van het werk dat de komende tijd (jaren) nog verzet moet worden. Daaruit zal ook een inschatting moeten worden gemaakt of er aanvullende capaciteit nodig is om tijdig in voldoende mate AVG-proof te worden en te blijven. Zo nodig zal daar in een latere fase nog een voorstel voor worden gedaan.

Wet Verplichte GGZ
Met ingang van 1 januari 2020 treedt de Wet Verplichte GGZ (Wvggz) in werking. Deze wet is de opvolger van de Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen (Bopz). De Wvggz biedt handvatten om meer ambulant en preventief hulp te bieden aan mensen met geestelijke problemen die niet vrijwillig in zorg gaan. De Wvggz regelt de voorwaarden voor zorg en eventuele opname bij psychische problemen. De wet biedt meer instrumenten voor zorg op maat: verplichte zorg zo kort als mogelijk en zo lang als noodzakelijk. Uitgangspunt blijft dat iemand alleen na het oordeel van een rechter tegen zijn wil opgenomen kan worden.

De wijzigingen van de Wvggz ten opzichte van de Wet Bopz hebben voor gemeenten op een paar vlakken gevolgen: iedereen krijgt de mogelijkheid om bij de gemeente een melding te doen als hij van mening is dat iemand (verplichte) psychische zorg nodig heeft. De gemeente moet die melding onderzoeken (verkennend onderzoek) en zo nodig het traject naar een ‘zorgmachtiging’ (de huidige Rechterlijke Machtiging) bij het OM in gang zetten. Ook moet de zorgverlener bij ontslag van een inwoner uit een gedwongen opname zorg dragen voor een warme overdracht aan de gemeente. De burgemeester behoudt een belangrijke rol bij een crisis, waarin hij op advies van een psychiater een (crisis)maatregel kan opleggen. Daarbij moet hij zo mogelijk de betrokkene (laten) horen. Deze crisismaatregel vervangt de 'inbewaringstelling' die de burgemeester onder de huidige Wet Bopz op kan leggen.

Mogelijke kosten hangen o.a. samen met het opvangen, doorgeleiden en tijdig afhandelen van meldingen. Het streven is om dit zo veel mogelijk regionaal in te richten en aan te sluiten bij bestaande voorzieningen. Dit zal echter wel een capaciteitsvraag opleveren. Op dit moment is nog niet te zeggen wat de omvang van die eventuele kosten gaat zijn. Er komt geen extra financiering van het Rijk.

Aanbesteding ADP
Per 1 januari 2020 loopt de aanbesteding voor ADP (personeelssysteem) af. Op dit moment wordt in regio verband gewerkt aan de aanschaf van een nieuw personeelssysteem. Het huidige systeem voldoet qua flexibiliteit en functionaliteiten niet meer. De initiële kosten van de vervanging kunnen naar verwachting worden bekostigd uit het RBP ICT, de reguliere exploitatiekosten worden door het SCD voldaan. In de zomer 2019 wordt naar verwachting bekend wat de exploitatiekosten zijn van het nieuwe systeem en wordt beoordeeld of dit past binnen de huidige bijdragevergoeding aan het SCD.

ga terug