Dekkingsmaatregelen

Na de 'reguliere' onderdelen van de Kadernota 2020 resteert er vanaf 2021 een fors oplopend tekort. Om dit tekort op te vangen zijn diverse maatregelen voorgesteld. Deze maatregelen zijn onderverdeeld in een drietal categorieën. De inzet is om in de Begroting 2020 eerst de maatregelen uit categorie A en daarna uit B te effectueren. Als dit niet voldoende blijkt om in de zwarte cijfers te komen, komen de maatregelen in categorie C in beeld.

Bedragen × € 1.000

Dekkingsmaatregelen

2020

2021

2022

2023

Saldo KN na reguliere onderdelen

€ 455

€ 4.745-

€ 10.205-

€ 10.883-

A - Rentevoordeel Eneco-middelen

€ -

€ 2.000

€ 1.750

€ 1.500

B - Opbrengst taskforce

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

B - Stelposten sociaal domein Meicirculaire 2019

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

B - Kosten sociaal domein in risicosfeer opvangen

p.m.

p.m.

p.m.

p.m.

C1 - Beleidswensen t/m 2022

€ -

€ -

€ -

€ 3.096

C2 - OZB verhoging (binnen Stedin deel precario)

€ -

€ -

€ -

€ 870

C2 - OZB verhoging (tot opbrengst precariobelasting)

€ -

€ -

€ 1.890

€ 4.505

C2 - OZB verhoging (1,33% per jaar vanaf 2021)

€ -

€ 320

€ 640

€ 960

Som Dekkingsmaatregelen

€ -

€ 2.320

€ 4.280

€ 10.931

Saldo KN na dekkingsmaatregelen

€ 455

€ 2.425-

€ 5.925-

€ 48

A - Rentevoordeel Eneco-middelen
De verkoop van Eneco levert een grote hoeveelheid liquide middelen (banksaldo) op, maar leidt ook tot het wegvallen van de dividendopbrengst van de aandelen. Door aangetrokken leningen vroegtijdig af te lossen (of rentemiddelen toe te passen) kan de wegvallende (begrote) dividendopbrengst worden opgevangen: hiervoor is een bedrag van ongeveer € 125 miljoen nodig.
De verwachting is dat de totale opbrengst van de verkoop minimaal het dubbele bedraagt. Op de korte termijn is er daardoor een groter voordeel te verwachten van het aflossen van schulden (of rentemiddeling). Dit voordeel zal in de tijd echter afnemen, omdat er vanuit de verkoopopbrengst investeringen zullen plaatsvinden, waarvoor weer liquide middelen nodig zijn en nieuwe leningen zullen moeten worden afgesloten.

B - Sociaal domein

Opbrengst taskforce
Er wordt bekeken wat de mogelijkheden zijn om de toename van de kosten in het sociaal domein ook binnen het sociaal domein op te vangen (beleidskeuzes). Hiertoe is een ambtelijke taskforce ingesteld. Deze taskforce heeft als taak het bestuur van adviezen te voorzien die het mogelijk maken tot besluitvorming ten aanzien van de tekorten over te gaan. De besluitvorming in de Drechtraad die hierop volgt, zal verwerkt worden in de Begroting 2020.

Sociaal domein in Meicirculaire 2019
Daarnaast zal de Meicirculaire 2019 naar verwachting een tegemoetkoming bevatten voor de stijgende kosten van het sociaal domein in 2020; het is dus van belang die circulaire te betrekken in het meer definitieve financiële beeld richting de Begroting 2020. De ernst van de situatie blijkt uit de (door Dordrecht ondersteunde) lijn van de VNG in dit dossier.  

Kosten opvangen in risicosfeer
De Provincie (als toezichthouder) heeft daarnaast recent aangegeven (in het Gemeenschappelijk Financieel Toezichtkader 2020) de verwerking van meerjarenreeksen van verbonden partijen in de begroting van gemeenten een meer belangrijke plaats te geven in haar toetsingskader. Hierdoor wordt het belangrijker hoe een verbonden partij omgaat met risico's: krijgen deze een plaats in de risico paragraaf, of worden deze al vertaald in budgetclaims. Waar nog sprake is van grote onzekerheid pleiten wij voor opname als risico.

C1 - Beleidswensen t/m 2022
In de Begroting 2019 (en in de meerjarenraming 2020-2022)  zijn diverse beleidswensen opgenomen. Deze beleidswensen horen bij de doelstellingen die voor de huidige bestuursperiode zijn geformuleerd. Vanaf 2023 start een nieuwe bestuursperiode: een logisch moment om opnieuw af te wegen of continuering gewenst is. De dekking van € 3.096.000 ontstaat door het stopzetten van de volgende beleidswensen in 2023:

  • Boomziekten
  • Buslijn Essenhof
  • Cultuur en cultuureducatie
  • Dordtpas
  • Hondenbelasting
  • ICT en Data voorzieningen
  • Klimaatbestendig aanleggen en vervangen van asfalt en groen
  • Programma Samen tegen armoede
  • Programmering Musea
  • Subsidie Bibelot

De overige beleidswensen waren incidenteel, of worden niet stopgezet omdat dit niet (direct) kan.

C2 - Onroerende zaak belasting (OZB)

OZB verhoging (binnen Stedin deel precario)
Momenteel betaalt een gemiddeld Dordts huishouden een bedrag van € 86 per jaar mee aan precariobelasting (€ 36 via de factuur van Evides en € 50 via de factuur van Stedin). In 2022 vervalt het bedrag van € 36 van de Evides factuur. Reeds bij de Begroting 2019 is besloten om in 2022 de OZB opbrengst met een bedrag van € 625.000 te verhogen. In 2023 vervalt ook het bedrag van € 50 van de Stedin factuur. Wanneer dit via dezelfde sleutel wordt omgezet in een OZB verhoging kan de OZB-opbrengst verhoogd worden met een bedrag van € 870.000.

OZB verhoging (tot opbrengst precariobelasting)
De totale opbrengst van de precario belasting (kabels en leidingen) was € 6,0 miljoen. Na de eerder besloten OZB-opbrengst verhoging van € 625.000 in 2022 en de hierboven voorgestelde OZB-opbrengst verhoging van € 870.000 resteert een bedrag van € 4,5 miljoen belasting dat niet meer wordt geïnd. Door aanvullende OZB verhoging kan dit bedrag binnen de gemeentelijke begroting beschikbaar blijven. De totale belasting die wordt geïnd wijzigt hierdoor niet: in individuele gevallen kunnen er verschillen optreden (voor- en nadelig), maar gemiddeld gezien is er geen sprake is van een lastenverzwaring voor de Dordtse huishoudens.

OZB verhoging (1,33% per jaar vanaf 2021)
De geraamde OZB-opbrengst voor niet-woningen is ruim € 12 miljoen. Een verhoging van de opbrengst met 1,0 % levert een bedrag op van ongeveer € 120.000. De geraamde OZB-opbrengst voor woningen is bijna € 12 miljoen. Een verhoging van de opbrengst met 1,0 % levert ook een bedrag op van ongeveer € 120.000. Een OZB verhoging van 3 x 1,33% (in totaal 4%) vanaf 2021 leidt in 2023 tot een sluitende begroting.

ga terug