In de kadernota indexeren wij jaarlijks de personele budgetten, prijsgevoelige budgetten en de bijdrage aan gesubsidieerde instellingen en verbonden partijen. In de tabel zijn de afzonderlijke reeksen opgenomen.
Bedragen × € 1.000 | ||||
Indexaties uitgaven | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 |
a. Indexering personele budgetten | € 1.100- | € 1.100- | € 1.100- | € 1.100- |
b. Indexering prijsgevoelige budgetten | € 800- | € 800- | € 800- | € 800- |
c. Indexering bijdragen gesubsidieerde instellingen | € 700- | € 700- | € 700- | € 700- |
d. Indexering budgetten verbonden partijen | € 1.300- | € 1.300- | € 1.300- | € 1.300- |
e. Indexering geïntegreerde delen decentralisaties | € 1.000- | € 1.000- | € 1.000- | € 1.000- |
Som Indexaties uitgaven | € 4.900- | € 4.900- | € 4.900- | € 4.900- |
Saldo KN na indexaties uitgaven | € 1.934- | € 7.070- | € 12.639- | € 13.079- |
a. Indexering personele budgetten
De personele budgetten zijn met 2,0% geïndexeerd. Dit vooruitlopend op de lopende CAO onderhandelingen (de huidige CAO loopt tot 31/12 2018). Voor het jaar 2019 wordt rekening gehouden met een indexatie van 3,0% (zie ook autonome ontwikkeling e).
b. Indexering prijsgevoelige budgetten
Bij de berekening van de indexering van de inkoop budgetten baseren wij ons op de consumentenprijsindex (CPI) van het Centraal Planbureau. Het percentage wordt bepaald aan de hand van een benodigde correctie van de jaren 2018 en 2019 en de verwachte inflatie in 2020. Op deze manier blijven we de daadwerkelijke index volgen. De meest recente CPI gegevens (uit het Centraal Economie Plan, maart 2019) resulteren in een stijging van 1,3%. Dit percentage is opgebouwd uit een correctie van 2018 met - 0,1% (van 1,8% naar 1,7%) een correctie van 2019 met - 0,1% (van 2,4% naar 2,3%) en een verwachte inflatie in 2020 van 1,5%.
c. Indexering subsidie budgetten
Bij de berekening van de loon- en prijsontwikkelingen bij gesubsidieerde instellingen gaan wij er van uit dat de kosten van de gesubsidieerde instellingen voor 75% loonafhankelijk en 25% prijsafhankelijk zijn. Waarbij voor de lonen wordt aangesloten op de ontwikkelingen uit de CAO voor gemeenteambtenaren en voor de prijzen op de CPI-index. Dit resulteert in een indexatie van 1,83%.
d. Indexering budgetten verbonden partijen
De budgetten voor verbonden partijen zijn met het zelfde percentage (1,83%) verhoogd als de subsidies. Het betreft hier enkel de budgetten die niet afkomstig zijn uit specifiek geoormerkte middelen, welke één op één worden doorgezet. Deze specifieke budgetten volgen de hoogte van de door het Rijk beschikbaar gestelde gelden en eventuele bijbehorende indexatie.
e. Indexering geïntegreerde delen decentralisaties
In 2020 moeten de in het gemeentefonds geïntegreerde delen van het sociaal domein voor het eerst worden geïndexeerd. Tot op heden vond deze indexatie plaats via een ophoging van de specifieke uitkeringen. In principe maakt deze indexatie onderdeel uit van de indexering van de verbonden partijen, om het inzicht in de omvang te verbeteren is dit (eenmalig) alle zelfstandige reeks gepresenteerd. De geïntegreerde delen zijn eveneens geïndexeerd met 1,83%.